Strafrecht – Verpleegster ECLI:NL:HR:1963:2

  • Datum: 19 februari 1963

  • Rechtbankniveau: Hoge Raad

  • Rechtsgebied: Strafrecht

  • Wetsartikelen: Art. 307 Sr

Casus

Tijdens een operatie gaf een verpleegster een flesje met de verkeerde vloeistof aan een andere verpleegster. Deze verpleegster vulde de injectienaald met deze vloeistof en gaf deze aan de chirurg. De chirurg spoot de injectie in bij de patiënte, waardoor de patiënte na enige uren overleed. De verpleegster die de verkeerde vloeistof aangaf, werd vervolgd voor dood door schuld.

Rechtsvraag

Was er in casu sprake van dood door schuld?

Rechtbank

De rechtbank veroordeelde de verpleegster voor dood door schuld, omdat ze in een mindere of meerdere mate van grove onoplettendheid had gehandeld. De verpleegster weersprak echter onoplettend te zijn geweest, omdat de betekenis van de naam van het flesje haar niet doordrong.
Deze fout was volgens haar menselijk en werd veroorzaakt door verschillende omstandigheden, zoals overwerktheid, werken in een minder vertrouwde omgeving en het ontbreken van de normaal gebruikelijke orde in de operatiekamer. Dit verweer werd door de rechtbank verworpen, omdat de verpleegster een zeer ernstige fout had begaan en het als verpleegster haar taak was om de betekenis van de flesjes te kennen.

Gerechtshof

Het gerechtshof sloot zich aan bij het oordeel van de rechtbank. Het beroep faalde.

Hoge Raad

De Hoge Raad sloot zich ook aan bij het oordeel van de rechtbank. De vier cassatiemiddelen van de verpleegster faalden. Gekeken naar haar opleiding, de aard van de werkzaamheden die zij moest uitvoeren, het vertrouwen dat in haar moest worden gesteld omtrent het ontbreken van controle van de andere zuster en de chirurg, kon door de Hoge Raad worden afgeleid dat zij tekort was geschoten in haar plicht. Uit haar handelwijze kon worden afgeleid dat zij handelde met een geringe oplettendheid, waardoor zij op grond van art. 307 Sr schuldig was voor dood door schuld.

Rechtsregel

De Hoge Raad stelde: “op sommige personen rust een bijzondere zorgplicht, ook wel de ‘Garantenstellung’ genoemd. Dit komt bijvoorbeeld door het beroep dat zij uitoefenen, waardoor zij een bepaalde verantwoordelijkheid hebben.” Hierdoor werd de verpleegster streng benaderd.