Strafrecht – Reikwijdte motivering/hennepkwekerij ECLI:NL:HR:2006:AU9130
Datum: 11 april 2006
Rechtbankniveau: Hoge Raad
Rechtsgebied: Strafrecht
Wetsartikelen: Art. 359 lid 2 Sv
Casus
In casu is verdachte door het hof veroordeeld wegens het deelnemen aan een criminele organisatie die als doel heeft het handelen in hennep. Dit is in strijd met de Opiumwet. De verdachte heeft tegen deze uitspraak beroep in cassatie ingesteld door te zeggen dat het Hof de bewezenverklaring van deelnemen aan een criminele organisatie ontoereikend heeft gemotiveerd en dus in strijd heeft gehandeld met art. 359 lid 2 Sv.
Hoge Raad
De Hoge Raad stelt dat de motiveringsplicht van art. 359 lid 2 Sv alleen geldt voor uitdrukkelijk onderbouwde standpunten. Hierbij is vereist dat deze standpunten schriftelijk zijn. Wanneer sprake is van een dergelijk standpunt van een van beide partijen, zal de rechter de volgende regels moeten toepassen:
• Indien het standpunt niet wordt aanvaard geldt er een motiveringsplicht. Deze geldt echter niet in de volgende gevallen:
– In de einduitspraak wordt niet wezenlijk afgeweken van het standpunt;
– Op details hoeft niet worden ingegaan;
• De omvang van de motiveringsplicht is afhankelijk van de aard van het onderwerp.