Strafrecht – Mensenroof ECLI:NL:HR:2001:AB2809

  • Datum: 20 november 2001

  • Rechtbankniveau: Hoge Raad

  • Rechtsgebied: Strafrecht

  • Wetsartikelen: Art. 278 Sr.

Casus

Een man heeft vanuit Brazilië een meisje meegevoerd over de grenzen van het Rijk in Europa. Dit meisje was één jaar oud. De bedoeling van het meevoeren was om het meisje onder de macht van een andere man en vrouw te brengen. Daarbij zou het meisje dus in een hulpeloze toestand verkeren.

Rechtsvraag

Is de man strafbaar voor het overbrengen van het meisje over de grenzen van het Rijk in Europa?

Hof

Allereerst moet er gekeken worden naar art. 278 Sr. Het hof spreekt de verdachte vrij, omdat er niet bewezen is dat de verdachte het meisje over de grenzen van het Rijk in Europa heeft gevoerd. In de wet staat dat het moet gaan om een kind dat vanuit Nederland naar het buitenland wordt gevoerd. Echter, in dit geval is het andersom.

Hoge Raad

De Hoge Raad beslist in tegenstelling tot het Hof dat de man wel strafbaar is. Dit doet ze via teleologische, wetshistorische en grammaticale interpretatiemethodes. Zij vindt dat de woorden
‘over de grenzen van het Rijk in Europa voeren’ uit art. 278 Sr. niet het brengen van mensen vanuit het buitenland naar Nederland uitsluit (ruime interpretatie). Daarnaast wordt gekeken naar het doel van deze regel in de wet en dat is bescherming tegen mensenroof.

Dat houdt dus ook het overbrengen van mensen vanuit het buitenland naar ons land in. Mensenroof bestaat uit het ontvoeren van iemand vanuit Nederland naar een ander land, maar andersom is dit dus ook mogelijk. De in Nederland ingevoerde vreemdeling zal zich namelijk even hulpeloos voelen als de uit Nederland weggevoerde landgenoot.