Privaatrecht – Jetblast ECLI:NL:PHR:2004:AO4224
Datum: 28 mei 2004
Rechtbankniveau: Hoge Raad
Rechtsgebied: Privaatrecht
Wetsartikelen: /
De feiten
Het bekende vliegveld Princess Juliana International Airport op Sint Maarten is een drukbezochte toeristische plek. Veel vliegtuigliefhebbers gaan hierheen, omdat men hier heel dicht bij de vliegende vliegtuigen kan komen. Mevrouw Hartmann staat op een dag ook te wachten tot er een vliegtuig voorbij komt vliegen. Zij staat bij het hek, een plek waar veel toeristen gaan staan, te kijken naar de vliegtuigen. Aan het hek is een bord bevestigd met de volgende tekst: “Warning! Low flying and departing aircraft blast can cause physical injury”. Als een vliegtuig, een Boeing 747, zijn straalmotoren openzet, wordt mevrouw Hartmann snel stromende lucht, een zogenaamde jetblast, de lucht ingeworpen. Nadat zij in de lucht is geworpen landt zij op de rotsen. Als gevolg van dit ongeluk heeft mevrouw Hartmann een shock en letsel. Mevrouw Hartmann vindt dat het vliegveld niet voor een veilige omgeving heeft gezorgd en stelt daarom het vliegveld aansprakelijk. Hieruit volgt de volgende rechtsvraag: is de luchthaven aansprakelijk te stellen voor het ongeval van mevrouw Hartmann?
Hoge Raad
Zowel de rechtbank als het hof zegt dat het vliegveld niet aansprakelijk gesteld kan worden. De Hoge Raad oordeelt echter anders. Allereerst vindt de Hoge Raad dat de kelderluik-criteria gebruikt moeten worden tijdens deze casus. Er moet hierbij niet naar een van de vier criteria kijken, maar echt naar alle vier de criteria. Ook vindt de Hoge Raad dat iemand die moet zorgen voor een terrein, maar dit niet doet en nalaat om voldoende veiligheidsmaatregelen te nemen, niet alleen onrechtmatig handelt jegens degenen die zich op het terrein bevinden, maar ook jegens degenen die in de directe omgeving van het terrein aanwezig zijn.
Ten slotte stelt de Hoge Raad ook nog dat een waarschuwingsbord enkel voldoende als veiligheidsmaatregel kan gelden, indien verwacht kan worden dat deze waarschuwing zal leiden tot handelen of nalaten waardoor het gevaar vermeden wordt. Door het hof is verklaard dat het bord voldoende voldeed aan de nieuwe maatstaf. Echter, oordeelt de Hoge Raad dat het Hof dit argument niet voldoende heeft beargumenteerd. De Hoge Raad vindt namelijk dat het bord niet voldoende voldeed aan de nieuwe maatstaf en stuurt met deze reden de zaak terug naar het Hof.