Privaatrecht – Huwelijksvermogensrecht geldt niet voor samenwoners ECLI:NL:PHR:2018:1444
Datum: 10 mei 2019
Rechtbankniveau: Hoge Raad
Rechtsgebied: Privaatrecht
Wetsartikelen: Boek 3 titel 7
Feiten
De partijen hebben een tijdje samengewoond in de woning van de man en zij hebben een zoon gekregen samen. Zij hebben geen samenlevingsovereenkomst gesloten. In 2011 besloten zij tot het verbouwen van de woning. De moeder van de vrouw of de vrouw heeft deze verbouwing betaald. De kosten bedroegen €74.056,90. De vrouw vordert de kosten van de verbouwing terug.
Rechtsvraag
Kan het huwelijksvermogensrecht worden toegepast op partijen die hebben samengewoond maar geen samenlevingsovereenkomst hebben gesloten?
Overweging
De rechtbank wijst de vordering van de vrouw toe. Het Hof daarentegen oordeelt dat boek 3 titel 7 van het burgerlijk wetboek niet van toepassing is in de situatie waarin de man en de vrouw zich bevinden. Er is namelijk geen sprake van een gemeenschap zoals in titel 7 boek 3 burgerlijk wetboek. De Hoge Raad overweegt dat er tussen informeel samenlevenden een rechtsverhouding bestaat die o.a. door redelijkheid en billijkheid wordt geregeld.
Dit raakt partij op vermogensrechtelijk gebied, echter vloeit hier voor de vrouw geen vorderingsrecht uit voort ten opzichte van de man.
Rechtsregel
Voor partijen die samenwonen en geen samenlevingsovereenkomst hebben gesloten, gelden de regels van het huwelijksvermogensrecht niet. Echter, er bestaat tussen de partijen een verhouding die door redelijkheid en billijkheid wordt beheerst.