Privaatrecht – Executeurs/effecten ECLI:NL:HR:2008:BD5985
Datum: 21 november 2008
Rechtbankniveau: Hoge Raad
Rechtsgebied: Privaatrecht
Wetsartikelen: /
Feiten
In dit arrest is er sprake van een erfenis van de tante van twee broers. De erfenis bestaat uit aandelen. Een van de twee broers is de executeur van deze nalatenschap en kan dus bepalen wanneer hij de aandelen doorverkoopt. De broer die de aandelen onder zich heeft, wacht te lang waardoor de aandelen sterk in waarde dalen. De andere broer geeft hem hiervan de schuld en wil zijn schade vergoed zien.
Rechtsvraag
Is het mogelijk dat de executeur van een nalatenschap aangesproken kan worden op de waardedaling van de aandelen die hij beheert?
Overweging
De rechtbank heeft geoordeeld dat de vordering van B niet zal worden toegekend, omdat de vordering niet is gericht op het onrechtmatig handelen van A tegenover B. Het hof heeft geoordeeld dat A aansprakelijk is voor de koersdaling, aangezien A zich niet als een goed executeur heeft gedragen door niet tijdig mede te delen dat B ook erfgenaam was. De Hoge Raad oordeelt dat het hof onvoldoende heeft gemotiveerd en uit is gegaan van een onjuiste rechtsopvatting. Hierdoor vernietigt de Hoge Raad het beroep.
Rechtsregel
Wanneer iemand als executeur wordt aangemerkt, moet diegene zich als een goed executeur gedragen. Hieronder valt ook het tijdig mededelen aan de ander en er mag geen inbreuk worden gemaakt op de rechten van anderen. Bij de beoordeling of de executeur is tekortgeschoten moet er worden gekeken naar de volgende criteria:
• De aard van de aandelenportefeuille, is er sprake van een hoog of laag risico;
• De verwachting van deskundigen in het koersverloop van de aandelen;
• Alternatieve beleggingsmogelijkheden.