Bestuursrecht – Kunst-en Antiekstudio Lelystad ECLI:NL:HR:1991:ZC0315

  • Datum: 8 juli 1991

  • Rechtbankniveau: Hoge Raad

  • Rechtsgebied: Bestuursrecht

  • Wetsartikelen: /

Feiten

De gemeente Lelystad verkocht een deel van een bedrijventerrein aan de kunst- en antiekstudio. Als de kunst- en antiekstudio op dit terrein ruimten wilde verhuren, was daar toestemming van de gemeente voor nodig. De studio verhuurde een ruimte aan Leen Bakker zonder toestemming. Volgens de studio mocht dit omdat het goedkeuringsrecht een regeling van de WRO doorkruiste. De gemeente had helemaal geen privaatrechtelijke regeling mogen treffen.

Rechtsvraag

Mag een bestuursorgaan voorwaarden verbinden aan privaatrechtelijke overeenkomsten bij het uitoefenen van een publiekrechtelijke bevoegdheid?

Oordeel Hoge Raad

Uit de WRO vloeit volgens de Hoge Raad geen verbod op privaatrechtelijk handelen door de overheid voort. Dat gemeente soortgelijke voorwaarden verbond aan haar overeenkomsten was algemeen gebruikelijk. Als dit ineens niet meer zou mogen zou dit de rechtszekerheid niet ten goede doen.

Rechtsregel

Indien er geen verbod voortvloeit uit de wet of er sprake is van een ander beletsel mogen bestuursorganen privaatrechtelijk overeenkomsten sluiten en hier ook voorwaarden aan verbinden.